Gehele Artikel uit Arts & Apotheker van februari 2009
Februari 2009
Plantaardige salvestrolen belangrijke ontdekking in de strijd tegen kanker.
Voorwoord door drs. P de Jong
De lezing over salvestrolen die de Britse emeritus hoogleraar (pharmaceutical metabolism) Dan Burke in Breukelen geeft, is goed doortimmerd.
Iedereen kan rustig achterover leunen en de informatie tot zich nemen, want professor Burke legt zijn toehoorders alles rustig en in begrijpelijke taal uit en verzekert zich ervan dat zijn betoog op alle punten goed te volgen is.
Het onderzoek met salvestrolen – plantaardige verbindingen die selectief tumorcellen doden – waar hij mee bezig is, onderstreept hoe belangrijk natuurlijke, biologische voeding is voor onze gezondheid en de preventie van kanker. drs. p. de jong
Kanker is een veelvoorkomende ziekte en een belangrijke oorzaak van vroegtijdige sterfte: een op de drie mensen krijgt ooit kanker en een op de vier mensen sterft uiteindelijk aan kanker.
Kanker is een ziekte op DNA-niveau: een enkele lichaamscel krijgt de kans zich ongecontroleerd te vermenigvuldigen na minimaal 4 aparte mutaties in verschillende genen die van cruciaal belang zijn voor de controle van celdeling en celdood.
Chemische stoffen, UV-straling en microben (virussen) worden genoemd als belangrijke oorzaken van (oxidatieve) DNA-mutaties. Sommige tumoren groeien snel, andere langzaam. Het kan twee jaar, maar ook langer dan twintig jaar duren voordat de tumor een dusdanige omvang heeft bereikt dat er klachten ontstaan en het kankerproces wordt ontdekt.
Veel mensen overlijden uiteindelijk aan iets anders dan aan de tumor die ze (ongemerkt) met zich meedragen. Zo overlijden meer oude mannen met prostaatkanker dan aan prostaatkanker.
Dat zich tumorcellen vormen in het lichaam is eigenlijk niets bijzonders. Professor Bruce Ames heeft eens voorgerekend dat het DNA in een cel op enig moment op circa 150.000 plekken door vrije radicalen is beschadigd en dat ons lichaam in totaal ongeveer 15 x 10 tot de 18e oxidatieve DNA-beschadigingen telt. (ref 1)
We kunnen de schade aan ons DNA beperken door het contact met kankerverwekkende en oxiderende agentia zo goed mogelijk te vermijden.
Daarnaast helpen antioxidanten en radicaalvangers als eerstelijnsverdediging om oxidatieve DNA-schade te voorkomen.
Eenmaal aanwezige DNA-mutaties probeert de cel te repareren.
Als dit niet lukt, zal de cel zichzelf met behulp van apoptose (geprogrammeerde celdood) uit de weg ruimen. Faalt dit controlemechanisme dan probeert het immuunsysteem de tumorcellen op te ruimen en het proces van tumorgroei en –uitzaaiing te voorkomen of te vertragen.
Bij twee van de drie mensen gaat het goed, bij een op de drie mensen niet.
Op het moment dat een tumor wordt ontdekt, is het ziekteproces al vergevorderd en levensbedreigend.
De tijd dringt.
Dit rechtvaardigt het gebruik van agressieve medische behandelingen zoals bestraling en chemotherapie.
Het nadeel is dat bij deze behandelingen niet alleen tumorcellen worden gedood, maar ook veel gezonde lichaamscellen.
De meeste kankermedicijnen werken niet selectief genoeg en zijn ook giftig voor gezonde weefsels.(ref 2) Daarnaast bestaat het gevaar, aldus Burke, dat deze behandelingen een averechts effect hebben en de groei en metastasering van een tumor juist versnellen.
Medici weten dit, maar de discussie hierover is moeizaam.
Een tumor wordt met de huidige technologie pas ontdekt bij een massa van 10 tot de 9e cellen en een grootte van circa 1 cm3.
Een totale massa van 10 tot de 12e tumorcellen (inclusief uitzaaiingen) met een omvang van ongeveer een liter is dodelijk.
In plaats van een agressieve benadering waarbij zo veel mogelijk tumorcellen worden geëlimineerd, maar het risico bestaat van ernstige bijwerkingen en versnelde ziekteprogressie, kan gekozen worden voor een mildere benadering die gericht is op beheersing van het ziekteproces en die geen schadelijke neveneffecten heeft.
De strategie is om de tumorgroei te vertragen en voldoende tumorcellen te doden zodat de tumor niet levensbedreigend meer is, onder controle is gebracht en geen klachten meer veroorzaakt.
Burke trekt een vergelijking met een kudde herten in de heuvels van Schotland.
Voor de ecologische balans is het nodig van tijd tot tijd een aantal herten te doden zodat de kudde niet te groot wordt en de leefomgeving schade toebrengt.
Nog veel beter is het om de tumorgroei te remmen en tumorcellen te doden in de ‘stille’ groeifase, een lange periode waarin de tumor nog te klein is om ontdekt te worden. Hiermee is de meeste gezondheidswinst te bereiken.
Het is bekend dat groenten en fruit, rijk aan antioxidanten en fytonutriënten, een belangrijke bijdrage leveren aan de preventie van kanker. Dit is mede te danken aan de aanwezigheid van salvestrolen in groenten en fruit, betoogt Burke.
Salvestrolen, die van nature in plantaardige voedingsmiddelen voorkomen, zijn cytotoxisch voor tumorcellen maar volkomen onschadelijk voor gezonde cellen.
Burke legt uit hoe hij en zijn (ex)collega Gerry Potter salvestrolen in 2003 op het spoor zijn gekomen. Professor Burke was jarenlang als farmacoloog verbonden aan de universiteit van Aberdeen.
In 1995 kwam hij met zijn onderzoeksgroep tot de ontdekking dat het begin jaren negentig door hen ontdekte cytochroom P450 enzym CYP-1B1 uitsluitend in tumorcellen tot expressie komt en niet in gezonde cellen.
Met een bepaalde kleurstof konden ze het CYP1B1 enzym in weefselbiopten zichtbaar maken. Alle precancereuze en cancereuze cellen namen de kleurstof op.
Het maakte niet uit of de tumorcellen uit de primaire tumor of een metastase af komstig waren. Het maakte ook niet uit van welk weefsel of orgaan de tumorcellen af komstig waren: prostaat, borst, dikke darm, hersenen, slokdarm, huid, bindweefsel, ovarium et cetera.
Gezonde cellen daarentegen namen de kleurstof in geen enkel geval op. Na het bekijken van honderden biopten van cancereuze, precancereuze en gezonde weefsels kwamen de onderzoekers tot de conclusie dat CYP1B1 een tumorspecifiek enzym is dat in alle soorten kanker tot expressie komt. CYP1B1 kan worden beschouwd als een universele tumormarker, waarmee tumorcellen kunnen worden onderscheiden van gezonde cellen.(ref 3-5)
In het lichaam (met name de lever) zijn cytochroom P450 (CYP) enzymen betrokken bij de af braak van medicijnen. In veel gevallen inactiveren ze medicijnen door de moleculaire structuur iets te wijzigen.
De CYP enzymen maken de metabolieten beter oplosbaar zodat ze gemakkelijker via de urine kunnen worden uitgescheiden.
Omgekeerd is het ook mogelijk dat een CYP-enzym een bij inname inactief medicijn juist activeert (een prodrug).
Burke vroeg zich af of het mogelijk is om een prodrug te ontwerpen, die volkomen onschadelijk is voor gezonde cellen en uitsluitend in tumorcellen door het CYP1B1 enzym wordt geactiveerd in een voor de tumorcel dodelijke verbinding.
Met een dergelijke prodrug zouden alle soorten kanker effectief en selectief bestreden kunnen worden.
Burke, inmiddels werkzaam aan de universiteit van Leicester, ging met deze vraag naar klinisch chemicus professor Gerry Potter, die gespecialiseerd is in de ontwikkeling van kankermedicijnen.
Potter zag er wel wat in en ontwikkelde DMU-135, een synthetische prodrug die door CYP1B1 wordt geactiveerd en de tumorcel aanzet tot apoptose.
Aangezien het werkzame stukje van de prodrug (een stilbeenstructuur) ook in plantaardige verbindingen voorkomt, bedacht Potter dat er mogelijk natuurlijke equivalenten van DMU-135 te vinden zijn in groenten en fruit.
Dit gaf de aanzet tot de speurtocht naar wat nu salvestrolen (salvere betekent redden) worden genoemd: natuurlijke prodrugs uit groenten, kruiden en fruit die (via activering door CYP1B1) ontspoorde cellen tot apoptose aanzetten en bescherming bieden vanaf de vroegste stadia van kankergroei.6,7
Burke besloot het onderzoek buiten de universiteit voort te zetten aangezien de universiteit niet bereid was geld te investeren in het isoleren van plantaardige verbindingen die niet kunnen worden gepatenteerd.
Inmiddels zijn er meer dan 25 verschillende salvestrolen geïdentificeerd en getest in humane (tumor)celculturen.
Het bedrijf Nature’s Defence dat supplementen met salvestrolen ontwikkelt, heeft uit ethische overwegingen de keuze gemaakt om geen dierproeven te doen.(ref 8) Burke vertelt dat deze keuze ter discussie staat nu de Verenigde Staten steeds meer belangstelling toont voor salvestrolen.
Met proefdieren kunnen in het onderzoek met salvestrolen sneller vorderingen worden gemaakt en de Amerikanen hebben minder moeite met dierproeven dan de Britten.
Burke is er kennelijk nog niet uit. Met in-vitro studies is voor iedere salvestrol vastgesteld dat deze:
> tumorcellen vernietigt via apoptose;
> meer tumorcellen doodt bij een hogere dosering (dosis-respons curve);
> in tumorcellen wordt geactiveerd door het enzym CYP1B1 (na blokkering van het CYP1B1 enzym in tumorcellen verliest de salvestrol zijn werkzaamheid);
> gezonde cellen geen enkele schade toebrengt.
In de loop van de afgelopen jaren zijn steeds betere supplementen met salvestrolen ontwikkeld die – af hankelijk van de dosering – preventief of therapeutisch kunnen worden ingezet.
Salvestrolen brengen tumorcellen en voorstadia ervan weer in het gareel en dwingen ze tot apoptose, een proces dat normaal is voor verouderde en disfunctionele lichaamscellen.
Salvestrolen ondersteunen hiermee een belangrijk, zelf helend proces in het lichaam.
Zonder dat we het in de gaten hebben gehad, is het gehalte aan salvestrolen in onze voeding de afgelopen vijftig jaar snel afgenomen.
Dit betekent dat groenten en fruit ons minder goed beschermen tegen kanker dan vroeger.
Hoe komt dit?
Salvestrolen zijn fytoalexinen, verbindingen die planten maken om zich tegen schimmels en andere stressoren te beschermen. Het contact met schimmels prikkelt de plant om deze – meestal bitter smakende – fytoalexinen in grote hoeveelheden aan te maken.
Door het gebruik van bestrijdingsmiddelen komen ‘conventioneel’ geteelde gewassen nauwelijks in contact met schimmels met als gevolg dat deze dertig keer minder salvestrolen bevatten dan biologisch geteelde gewassen. Sommige bestrijdingsmiddelen remmen bovendien het CYP1B1 enzym.
Mensen die deze gifstoffen met de voeding binnenkrijgen, hebben minder profijt van salvestrolen; een goede reden om mensen met kanker aan te raden alleen biologische producten te eten.
Bij het maken van vruchtensappen (bijvoorbeeld cranberrysap) worden de bittere salvestrolen verwijderd om de gewenste zoete smaak te krijgen zonder de noodzaak suiker of chemische zoetstoffen aan het product toe te voegen.
Veel moderne variëteiten van groenten en fruit zijn geselecteerd om de milde smaak en bevatten minder salvestrolen omdat mensen nu eenmaal niet zo van bitter houden.
Salvestrolen zijn bestand tegen hitte, maar verdwijnen met het kookwater.
Gezien deze bevindingen, zegt Burke, is het verstandig biologisch te eten en eventueel de voeding aan te vullen met een preventieve (dag)dosis salvestrolen.
Eind 2007 is een artikel in de Journal of Orthomolecular Medicine verschenen waarin is beschreven hoe het vijf mensen met kanker (long, melanoom, prostaat, borst, blaas) verging die (aanvullend) werden behandeld met salvestrolen.(ref 9)
Een man van 69 jaar bijvoorbeeld hoestte bloed op en bleek een 7 cm grote inoperabele (stadium 2-3) plaveiselcelcarcinoom in de long te hebben.
Hij had vergrote lymf klieren tot 3 cm in diameter.
De artsen stuurden hem naar huis met de mededeling dat hij maximaal 18 maanden te leven had. Behandeling met bestraling of chemotherapie werd niet zinvol geacht.
De man echter veranderde zijn dieet, stopte met het eten van vlees, zuivel en geraffineerde suiker en ging veel biologische groenten, fruit en sappen gebruiken.
Daarnaast nam hij dagelijks een tamelijk hoge dosis salvestrolen in.
Na een week stopte het ophoesten van bloed; na 4 weken was het tumorweefsel losgekomen van het omliggende weefsel en operabel; na 6 weken verwijderden chirurgen met succes een grotendeels verschrompelde tumor.
Nadat Burke de andere vier praktijkgevallen kort had doorgenomen, vervolgde hij zijn verhaal met praktische adviezen over het gebruik van salvestrolen.
De aanbevolen dosering, biologische beschikbaarheid, frequentie van inname, veiligheid van salvestrolen, het gebruik van co-factoren en andere do’s & don’ts kwamen achtereenvolgend aan bod.
Salvestrolen, verzekerde Burke, hebben vrijwel zeker geen interacties met reguliere medicijnen en kunnen gerust aanvullend op een reguliere behandeling worden ingezet.
Tot slot vergeleek Burke het CYP1B1 enzym, dat in iedere tumorcel aanwezig is, met een Trojaans Paard dat een salvestrol de exclusieve mogelijkheid biedt de tumorcel ten gronde te richten.
We vragen ons vaak af waarom iemand kanker krijgt.
De vraag waarom iemand géén kanker krijgt, is zeker zo relevant.
Misschien door salvestrolen in onze voeding?(ref10)
referenties
1. Beckman KB, Ames BN. Oxidative decay of DNA. J Biol Chem. 1997;272 32):19633-6.
2. Denny WA. Tumor-activated prodrugs – a new approach to cancer therapy. Cancer Invest. 2004;22(4):604- 19.
3. Murray GI, Melvin WT, Greenlee WF, Burke MD. Regulation, function, and tissue-specific expression of cytochrome P450 CYP1B1. Annu Rev Pharmacol Toxicol. 2001;41:297-316.
4. Murray GI, Taylor MC, McFadyen MC et al. Tumor-specific expression of cytochrome P450 CYP1B1. Cancer Res 1997;57(14):3026-31.
5. Carnell DM, Smith RE, Daley FM et al. Target validation of cytochrome P450 CYP1B1 in prostate carcinoma with protein expression in associated hyperplastic and premalignant tissue. Int J Radiat Oncol Biol Phys. 2004;58(2):500-9.
6. Potter GA, Burke MD. Salvestrols – natural products with tumour selective activity. Journal of Orthomol. Medicine 2006;21(1):34-36.
7. Tan, HL, Butler PC, Burke MD et al. Salvestrols: A New Perspective in Nutritional Research. Journal of Orthomolecular Medicine, 2007; 22(1): 39-47.
8. natures defence
9. Schaefer BA, Tan HL Burke D et al. Nutrition and Cancer: Salvestrol Case Studies. J Orthomol Med. 2007;22(4):177-182.
10. http://salvestrolen.info/